De bottom-up stad is in volle ontwikkeling
Op 12 juli las ik in een email van Pakhuis de Zwijger over ‘Mensen maken de stad’ het volgende:
‘De nieuwe stad wordt niet gepland vanuit directiekamers van projectontwikkelaars en beleidsmakers, maar gemaakt door al die kleine en grote initiatieven waar bewoners iedere dag weer samen aan bouwen. Want juist die initiatieven geven de stad en haar bewoners hun energie, hun unieke karakter en hun gevoel bij elkaar te horen.’
In de email staan de volgende inspirerende onderwerpen: ‘Veel initiatieven gingen over eerlijk eten. Het devies: meer bewustwording, terug naar eigen regio en duurzamer geproduceerd. Van een gastronomische do-it-yourself-supermarkt waar bewoners zelf hun producten mogen komen bewerken tot de Tostifabriek waarin midden in de stad – van de varkensslacht tot het smeren – het hele proces van tosti’s maken wordt gedemonstreerd. En recent nog: DAMn Food Waste , die met vijfduizend gratis maaltijden op het Museumplein aandacht vroeg voor de grote hoeveelheden voedsel die wij ieder jaar weer in de kliko gooien.
Mensen maken de stad ook met stenen: zelfbouw is een serieuze concurrent aan het worden van corporaties en projectontwikkelaars. Ga maar eens kijken in de Houthavens , op IJburg of op het Zeeburgereiland (of in Almere-Poort). Een veelbelovende oplossing voor de gestagneerde woningbouwsector.
Initiatiefrijke bewoners maakten ook slim gebruik van de grote leegstand in de stad. Zo kwam Studio BG in Bos en Lommer beschikbaar voor kleine bedrijfjes, stichtingen en andere initiatieven; opende een nieuwe broedplaats voor media-technologie haar deuren in het oude Shell laboratorium in Amsterdam-Noord en mochten creatievelingen een deel van de Heesterveld in Zuidoost naar eigen inzicht vormgeven en bewonen. En dan hebben we het nog niet eens gehad over al die festivals in de stad voor en door bewoners: van Rollende Keukens tot Magneetfestival, of al die huiskamerrestaurants, wijk-ondernemingen en initiatieven die de stad of buurt schoner, duurzamer en leefbaarder willen maken.’ Bron: www.dezwijger.nl
Kortom: de bottom-up stad leeft. Dit proces zie je ook in andere grote steden zoals in Rotterdam, Eindhoven en Utrecht. Overheden en bedrijven kunnen van dit proces leren. Want deze initiatieven kunnen de voorbode zijn van een nieuwe manier van organiseren en produceren op basis van nieuwe waarden. Dat innovatie van onderop komt is, komt wel vaker voor in perioden van crisis. Maar dit keer kan dit wel eens een structureel karakter krijgen. Want steeds meer hoogopgeleide mensen willen het heft in eigen handen nemen omdat overheden en bedrijven niet leveren wat zij vinden dat nodig is. Daarnaast zijn nieuwe technologieën, zoals 3D-printing, steeds vaker kleinschalig toe te passen. Verder zien we senioren niet meer achter de geraniums zitten, maar een actieve rol spelen in de samenleving.