Kijk eens wat vaker naar de kauwen in de stad. Deze vogels zijn echte overlevers. Ze passen zich aan en maken gebruik van allerlei dingen die ze nodig hebben. Bijvoorbeeld van zacht nestmateriaal dat ze halen in gebouwen die in aanbouw zijn. Of van allerlei restvoedsel wat mensen op straat laten vallen. Kauwen zijn overlevingskunstenaars. Maar veel mensen moeten ook zien te overleven in de stad.
Zoals een vrouw die in Amsterdam woont, elke keer moest zien te overleven, toen ze in haar jeugd steeds weer verhuisde naar nieuwe plekken. Van de bush in Afrika naar de middenklasse van Zeist, van Pasto in Zuid-Colombia naar Tilburg. Ze werd op school gepest door verwende kinderen in Nederland. Daarom had ze zich teruggetrokken in haar fantasieën om een eigen invulling te geven aan de werkelijkheid. In haar dromen is haar leven mooi, daarbuiten is het lelijk, afzien. Als buitenstaander heeft ze veel tijd om de wereld om haar heen te observeren. Om de dingen in breder perspectief te zien. Te zoeken naar de nuances, die weer voer zijn voor haar dromen. Achteraf is ze zichtzelf dankbaar dat ze is gaan schrijven. Eerst dagboeken, toen gedichten en nu boeken. Gepubliceerd heeft ze niet. Ze houdt alles voor haarzelf, ze is een overlever die alles alleen doet.
Ze heeft geleerd dat ze zichzelf kan redden. Geleidelijk aan is ze zich vreemd gaan gedragen, althans zo ziet de buitenwereld haar. Ze ligt op haar buik in het gras van het parkje met de grote bomen op de Jan Tooropstraat. Kijkt door de grassprieten naar de kauwen die op een paar meter van haar zaadjes in het gras pikken. Oh, wat glanzen ze mooi in hun zwartgrijze verenkleed, het lijkt wel of ze een zwart petje op hun hoofd hebben. Ze kijken zo pienter, ze lijken alles te zien, alle opties steeds te bekijken, te overwegen, te besluiten naar een andere plek te gaan, samen, met z’n allen.
Hierboven staat een foto van een kauw: This work has been released into the public domain by its author, Adrian Pingstone, at the English Wikipedia project.
Kauwen passen zich makkelijk aan, wat haar nooit is gelukt. Ze wil alles vanuit een ander perspectief bekijken, bewonderen, begrijpen. Zij wordt voor gek versleten maar ze is dapper en empathisch. Ze zou heel veel willen geven, als gever en brenger van geluk, maar de mensen staan daar niet voor open. Zij is ervan overtuigd, dat als je laat zien dat er ook andere perspectieven zijn, dat het dan een groot deel is van de oplossing. Als je de juiste houding aanneemt door net zoals zij in het gras naar de kauwen te kijken dan kun je dingen veranderen. Een kauw kijkt continu om zich heen, ziet alles vanuit verschillende perspectieven, is heel vindingrijk, lust allerlei soorten voedsel, kan daarom in een complexe stad overleven en als het moet met een takje in zijn snavel naar voedsel zoeken.
als je weggaat, krijg je iets nieuws
Wanneer ze naar een andere plek gaan, weggaan van de plek waar ze nu zijn, weten ze, dat er zich altijd iets nieuws aandient. Als je weggaat, krijg je iets nieuws. Geld dat ook voor mensen? Zij is vaak weggegaan, moest weg omdat haar ouders weg gingen. Maar of dat ‘nieuwe’ ook beter was? Het nieuwe ervaarde ze meestal in het begin als onveilig waardoor ze moeite had om zich te binden en haar identiteit te ontwikkelen.
Als ze zich eindelijk thuis voelde, moest ze door haar ouders verhuizingsdrift, weer aanpassen aan een nieuwe toekomst. Op al die nieuwe plekken voelde zich een buitenstander. Maar in Amsterdam heeft ze gelukkig een veilig huis aan het water, dat geeft rust.
Gelukkig, denkt ze, ik heb veel dingen niet, geen auto, geen vakanties, geen dure kleding, maar ik ben blij dat ik me kan inleven wat ik wél heb. Met mijn verbeeldingskracht kan ik overleven in mijn positieve binnenwereld. Maar de buitenwereld van de stad is vaak lelijk en onvriendelijk.
Kauwen vinden en krijgen altijd iets nieuws, ze missen niets, ze zoeken in het nu, mindful op die plek, zien alle opties, alle zintuigen staan aan, kijken niet achterom. Ze kijken en voelen wat er wel is en niet wat er niet is.
Als je als mens niet meer vanuit verschillende perspectieven kan denken en handelen ben je nauwelijks in staat om in een chaotisch omgeving te overleven. Vogels kunnen vliegen, zijn ze daarom de betere overlevers? Kauwen zijn intelligente dieren, altijd samen in groepjes van vier, zes of meer. Binnen een groep is een sociale structuur, met leiders. Er zijn ruzies, verliefde stelletjes, relaties die een leven lang duren. Ze zijn onafscheidelijk, verbonden door een band, om samen te kunnen (over)leven.
ik ben een ‘gelukhebber’
Ik ben altijd alleen, denkt ze, terwijl ze door de grassprieten tuurt. Kan ik overleven omdat mensen systemen hebben gebouwd, zoals supermarkten, openbaar vervoer, woningen met water en licht? Heb ik alleen geld nodig om te overleven in mijn eentje? Ik ben geen gelukzoeker, ik ben een gelukhebber, niet omdat ik zo gelukkig ben, maar omdat ik hier leef. Daarom heb ik geluk. Dit kan in mijn land, maar niet in jouw land …. daarom ben jij een gelukzoeker …. en die zijn volgens sommige partijen niet welkom in ons gave land (zie artikel hieronder).
Wij, ik en de kauwen, zijn gelukhebbers. Wij hebben geen grenzen, we kunnen overal naar toe. Ik heb geluk omdat hier geen mensen worden gemarteld en vermoord om wie ze zijn. Er continu oorlog is, onderdrukking, uitbuiting, deportatie, genocide. Als ik kinderen zou hebben, zou ik ook proberen te vluchten, geluk te zoeken. Ik heb gelezen dat pensioenfondsen investeren in bedrijven die de natuur misbruiken, bomen kappen in de Amazone, inheemse gemeenschappen vernietigen, en daarmee pensioenen uitkeren in dit land van gelukhebbers. Wat een geluk hebben wij…